TPRS Duitsland – a happy teacher teaches better

Charlotte DincherOp zoek naar een TPRS plaatje stuitte ik op een voor mij nieuwe TPRS site in Duitsland!

De Duitse Charlotte Dincher is docente Engels en Scheikunde op een multiculti gymnasium in Bremen en ze heeft afgelopen september de stoute schoenen aangetrokken en is haar lessen Engels volledig via TPRS gaan geven en nu naar eigen zeggen ‘eindelijk  gelukkig geworden in haar lessen Engels’.

Netzwerk TPRS Deutschland

Ze had twee jaar geleden kennis gemaakt met TPRS in een workshop van Susan Gross en was er heel enthousiast over. Na in de loop der jaren allerlei nieuwe methodes uitgeprobeerd te hebben, was ze zelfs voor het eerst geheel overtuigd van een methode. Ze is vervolgens tijdens twee jaar TPRS voorzichtig af en toe uit gaan proberen in haar Engelse lessen en had er best goede resultaten mee, maar durfde er toch niet op te vertrouwen om volledig op TPRS over te stappen. Toen ze echter een nieuwe vijfde klas kreeg, heeft ze de sprong gewaagd en zelfs na twee maanden – met positieve reacties van leerlingen, collega’s en ouders  – kon ze zich al niet meer voorstellen dat ze ooit nog terug zou keren naar het ‘voor-TPRS-tijdperk’.

In haar eigen woorden: “Die Erfolge, die ich bis jetzt schon sehe, sind sehr überzeugend und ich (und die Schüler) habe schon lange nicht mehr so viel Spaß gehabt.

Und da ich auf diesem Gebiet zu einer der Ersten in Deutschland gehöre, entstand diese Website aus dem Wunsch heraus, meine Erfahrungen zu teilen und uns allen eine Plattform zu bieten auf der wir miteinander in Kontakt treten können.”

Via haar site Netzwerk TPRS – TPRS sprachen besser lernen – wil ze een platvorm bieden aan alle Duitse docenten die met TPRS werken. Ook heeft ze een blog waarop ze ongeveer 1x per twee weken schrijft en waarop je je (gratis) kunt abonneren.

Stichting tprs PlatfromOok in Nederland is een TPRS platform, dat we vorig jaar september opgericht hebben en waarmee we onder andere Netwerkbijeenkomsten organiseren. Heb je de site van het TPRS Platform al eens bezocht?

De eerstvolgende TPRS netwerkbijeenkomst is op zaterdagochtend 1 juni, van 9.30 – 12.30 uur in Utrecht. Je kunt hier meer informatie vinden en je online inschrijven.

TPRS – Stap 2 – voorafje techniek 18 – Grammatica Pop-ups

TPRS – Stap 2 – voorafje techniek 18 – Pop-ups

220px-Jack-in-the-boxVandaag van de TPRS Stap 2 technieken techniek 18 : de grammatica pop-ups. Ben geeft aan dat grammatica het beste gedoceerd kan worden in korte ‘uitbarstingen’ van 3 tot 5 seconden, zonder alle uitleg die karakteristiek was voor de grammatica lessen van de vorige eeuw.

Ben geeft een Frans voorbeeld : Les filles marchent (= De meisjes lopen). De pop-up zou dienen te zijn: Klas, waarom staat er ‘nt’ na marche? Correct, er is meer dan 1 persoon.

Er worden vooral geen grammaticale termen gebruikt als: ‘derde persoon enkelvoud of meervoud’ en al helemaal geen verwijzing naar het verschil tussen werkwoorden op -er en -ir.

Dan geeft hij voorbeeld B: Elle lui donne du chocolat (= Zij geeft chocola aan hem). Pop-up: Klas, wat betekent ‘lui’. Juist, ‘aan hem’. Wat betekent ‘du’? Prima, dat betekent hier niks. Vooral geen grammaticale termen gebruiken als meewerkend voorwerp of delend lidwoord! Dat is alleen maar verwarrend voor leerlingen.

Ben geeft een metafoor : als we de fout maken ons taalonderwijs te richten op vocabulaire lijsten, grammatica regels en alle verschillende aparte onderdelen die samen een taalsysteem vormen, dan is dat hetzelfde als de leerlingen allemaal onderdelen van een auto geven, zonder ze te doceren hoe die delen in elkaar passen. Door de taal te spreken als een geheel, zonder hem in mootjes te hakken, geven we onze leerlingen het weten mee hoe een hele auto voelt en hoe die rijdt.

Ben stelt dat grammatica niet meer is dan juist taalgebruik. De leerling die de taal correct gesproken hoort, bereikt het. Dit is een brein-als-geheel-functie. Een leerling die onderdelen van spraak en werkwoordsvervoegingen identificeert bereikt het niet, omdat het een eenzijdige linkerhersenhelft functie is. Startende leerlingen die de taal correct gesproken horen, leren op een natuurlijke wijze correct grammatica gebruik.

Ben stelt: Waarom zou je de input onderbreken? Leerlingen zijn over het algemeen tevreden met het begrijpen wat er in een verhaal gebeurt en ze vinden het plezierig om een verhaallijn te volgen. Wederkerende werkwoorden en meewerkende of lijdende voorwerpen interesseren ze nu en ook waarschijnlijk later niet. Ze willen gewoon Frans leren! Dus houd je pop-ups kort! Zeg het in minder dan 5 seconden en ga door met het verhaal!

Ben’s reflectievraag over grammatica pop-ups: Beperk je je grammaticale uitleg tot 3 à 5 seconden? Hoe werkt dit voor jou?

De afbeelding is afkomstig van de site: http://nl.wikipedia.org/wiki/Duiveltje_uit_een_doosje

TPRS – Stap 2 – techniek 17 – Drie locaties – de lespraktijk

TPRS – Stap 2 – techniek 17 – Drie locaties – de lespraktijk

Vandaag van TPRS Stap 2, techniek 17, Drie locaties, de lespraktijk.

Karavaan_hellend_vlak_tcm8-252100

In de les komen we inderdaad niet vaak aan drie locaties toe. Soms maken we een vervolgverhaal, waardoor we wel drie locaties krijgen en vaak komen die drie locaties wel bij het lezen aan bod.

Overigens hoef je die drie locaties niet alleen als ruimtelijke locaties op te vatten. Je kunt het ook zien als situaties of gebeurtenissen. Jim Tripp schrijft erover in Tripp’s scripts: “Elk verhaalscript heeft 3 paragrafen. Paragraaf 1 & 2 zijn qua inhoud bijna hetzelfde, de 2e is een echo van de eerste. De 3e heeft meer een open einde – hij begint als 1 & 2, maar heeft dan een onverwachte twist.” Zoals je bij sprookjes ook vaak iets in drieën hebt (drie broers, drie beproevingen etc.) zo kun je dat ook in je verhaal toepassen. Bij locatie of situatie 1 en 2 is er een ‘probleem’ en bij locatie of situatie 3 wordt dat opgelost. Maar het geeft dus niet als je de drie niet haalt. Voor de herhaling is het wel heel mooi als het lukt, maar als je al op andere manieren veel herhaling krijgt en veel begrijpelijke input, waarom zou je dan iets dan gaan forceren?!

Afgelopen maandag mocht ik bij een collega NT2 (Nederlands als Tweede Taal) een lesje TPR en TPRS verzorgen aan een leuke nieuwe groep NT2- cursisten. Ik wilde wel eens ervaren hoe het is als je niet met vertaling kunt werken. De groep bestond uit een aantal jonge Polen, een Hongaar, een Griek en een Amerikaanse (het lijkt wel een mop: een Griek, een Pool en een Turk waren …).. Helaas voor mij spraken ze ook allemaal Engels, dus nu kon ik niet ervaren hoe het is als ik niet met vertaling kan werken. Maar gelukkig voor hen, kon ik wél met vertaling werken, daarover straks meer. De Amerikaanse zat nog half met een jetlag en was dus een echte beginner. De anderen konden allemaal al wel wat Nederlands, maar de Amerikaanse kon goed meekomen, dankzij de Engelse vertaling. NB, ik sprak amper Engels, maar de vertaling konden ze lezen omdat die op het bord hing op postertjes of schreef hem op en ik maakte tekeningetjes erbij. (Stom, vergeten er een foto van te maken! Zo handig die mobiels van tegenwoordig!) Zonder dat ik er geforceerd naartoe heb gewerkt, kregen we zowaar drie locaties. De leestekst na afloop had ook drie locaties en die konden ze heel goed volgen. De structuren waren:

  • … is in …
  • … houdt van …
  • … wil … hebben
  • … loopt naar …

Het verhaaltje werd: Marta (een Poolse uit de groep) is in Ermelo. Marta houdt van de zon. Marta wil vakantie hebben. Marta loopt naar het bos in Putten. Daar is geen vakantie. Marta loopt naar de chef. De chef wil geen vakantie geven. Marta is triest. Marta loopt naar huis.

Omdat ik natuurlijk geen docente Nederlands ben, was het voor mij verrassend om te merken, dat wij in het Nederlands vragen: “Waar houdt Marta van?” En dat we dan dus eigenlijk een vraagwoord gebruiken dat naar een plaats verwijst (waar?). De Fransen vragen: Qu’est-ce qu’elle aime? De Engelsen “What does she like? ” En dat is eigenlijk veel logischer dan wat wij in het Nederlands doen en er was ook heel kort wat verwarring over het vraagwoord ‘waar’ bij de cursisten, wat mij verraste, maar wat ik wel snapte.

Het groepje heeft heel actief meegedaan, ook met de TPR. Ik begon met het TPR gedeelte en ze vonden dat helemaal niet gek of gênant. Ik kreeg de indruk dat ze het juist wel leuk vonden om zo even met elkaar in actie te komen. Ik heb ze gevraagd hoe ze het vonden om zo taal te leren en ze gaven aan heel tevreden te zijn en de Hongaar gaf ook aan dat hij het zo fijn vond dat hij alles had begrepen. Ik had A3 postertjes gemaakt met de vraagwoorden en de structuren en ik had voor de zekerheid de Engelse vertaling ook op A3 postertjes gezet en het toeval wilde dat die  bij dit groepje ook door iedereen begrepen werden. Ze waren heel tevreden over de les. De volgende ochtend werd ik al door een buitenlander gebeld, die zocht Nederlandse les voor zijn recent aangekomen vrouw! Ik heb verwezen naar mijn collega. Die trouwens een TPRS training gevolgd heeft en nu misschien na mijn voordoen en de enthousiaste reacties van de cursisten er wat meer mee durft te gaan doen. Want dat is nodig bij TPRS: breng het in je lessen in de praktijk en leer van hoe het gaat. Geniet van wat goed gaat en pas aan waar je tegenaan loopt.

Gisteren gaf ik  tijdens een TPR & TPRS training een demonstratie van een TPR & TPRS-les aan ‘echte’ NT2 cursisten. Van die cursisten sprak niet iedereen Engels en dan merk je dat je dus veel meer met gebaren en tekeningetjes moet doen. Het scheelde wel dat dit groepje A1 niveau had, dus ze hadden al enige basis. Ook daar lukten de drie locaties wel, maar ik ben behoorlijk snel gegaan, té snel voor de barometer… Ook merkte ik achteraf, dat ik het werkwoord bij twee structuren was vergeten te cirkelen. Deze groep maakte het verhaal: Bashi is in Tilburg. Bashi houdt van voetbal en van auto’s. Bashi wil een auto hebben. Bashi wil een kleine, blauwe Nissan auto hebben en Asha wil een grote rode auto hebben. Bashi gaat naar huis. Daar is geen auto. Bashi gaat naar … (de naam van het instituut waar we waren). Daar is geen kleine blauwe auto. Bashi gaat naar de Nissan garage. En daar zijn we vanwege de tijd gestopt. (Grappig: Asha was een traditioneel gesluierde en gekleedde moslimvrouw en toen ik haar vroeg of ze een kleine of een grote auto wilde hebben, zag ik dat ze eerst ‘kleine’ wilde zeggen, meer een sociaal wenselijk antwoord, maar toen kwam er een stralende lach en ze wilde toch wel graag een grote auto hebben! De groep gaf aan het gemakkelijk te vinden, maar de zin : ‘Bashi wil een kleine blauwe auto hebben’ beantwoordden ze toch niet allemaal met de juiste volgorde, dus daar ben ik toen nog weer verder mee gaan cirkelen. Het was heel leuk om te doen en ik kreeg terug van de observerende collega’s dat ze het leuk vonden om te zien dat de cursisten zo actief en betrokken waren en zo graag antwoorden wilden geven. De cursisten gaven aan het leuk te vinden en een aantal waren geloof ik teleurgesteld dat we al stopten. Bashi kwam mij nog uitgebreid bedanken en mijn hand schudden.

Als laatste wil ik nog even iets zeggen over de snelheid bij de demonstratie. Het is niet zo dat ik aan het jagen ben geweest om de drie locaties te halen, maar ik wilde de collega’s wel veel laten zien aan mogelijkheden, maar daardoor heb ik de zo belangrijke ‘langzaam-techniek’ niet laten zien. Met de demo Berber aan de docenten zelf ben ik wel langzaam gegaan; de barometer gaf aan dat het voor hem nog wel snel ging, maar hij haakte toch niet af, omdat het antwoord steeds weer herhaald werd. Ook hier drie locaties, die voor veel herhaling zorgden. Het is altijd weer een eye-opener, om TPRS te ervaren via een taal die je totaal niet kent en zo te voelen wat een beginner in een andere taal ervaart, vooral als er helemaal geen aanknopingspunten zijn naar je eigen taal.

De afbeelding is afkomstig van de website : http://cultuurgids.avro.nl/front/detailkunst.html?item=8222747